16 mei 2015 – Meertjes en wilde kust
Het is warm en zonnig vandaag. Het is zo warm en het zonnetje is zo fel, dat we besloten hebben om een lange wandeltocht over de rand van de krater van Sete Cidades achterwege te laten. In plaats daarvan gaan we vandaag een beetje met de auto rondrijden en mooie plaatsen bekijken.
We beginnen bij het kerkje om de hoek, waar we iedere dag langsrijden.
Dan gaan we verder naar Vista Rei, het koninklijke uitkijkpunt op Lagoa Azul en Lagoa Verde waar we eerder ook waren met bewolking.
Daarna gaan we diverse kratermeertjes af.
Het ene meertje vereist wat meer voetenwerk dan het ander om het te kunnen zien, maar bij de meeste meertjes kunnen we vrij dicht met de auto komen.
Anika vermaakt zich prima, zolang er maar steentjes zijn om in het water te gooien heeft zij de grootste schik.
Bij veel van de meertjes ook een hoop bloemen langs de kant.
We maken ook nog een korte wandeltocht naar de top van een berg met een uitzicht over de regio.
Anika huppelt mee omhoog. En als achter een muurtje koeien zijn, dan moet ze natuurlijk opgetild worden om ze te zien, ook al kan ze ze zelf 20 stappen zelf door de stijging van de weg ook zien. Dat hoort erbij.
Na even te hebben genoten van het uitzicht gaan we weer terug naar beneden, op naar de volgende stop.
We bekijken Lagoa Azul en Lagoa Verde ook nog vanaf en lager punt, vlakbij de brug. Als we vlakbij het strandje zijn waar we Anika hadden willen laten spelen is zij pardoes in slaap gevallen.
Dus rijden we door naar Cete Cidades, een klein plaatsje dat wel erg toeristisch is en daardoor minder interessant.
We rijden door richting Mosteiros aan de wilde westkust.
Voordat we Mosteiros bereiken komen we al een erg mooi uitzichtpunt tegen met een geweldig zicht op de ruige kust, rotspilaren in zee. Wat wil je nog meer.
Het doet ons wat denken aan de noordpunt van Nieuw-Zeeland, Cape Reinga. Het voelt alsof er na dit punt alleen maar water is en daarna niets meer.
Bij Mosteiros zien we een leuk strandje waar we later die dag nog terug zullen komen.
Omdat Anika nog steeds diep weg is rijden we door naar Capelas, waar een interessante oude vissershaven zou moeten zijn.
Via een almaar langs de kust slingerende weg komen we eindelijk in Capelas aan. Qua afstand was het niet ver, maar qua tijd kost het toch wel een hoop tijd.
In Capelas rijden we eerst naar een uitkijktoren en wagen daarna met de auto de weg omlaag naar de haven.
Als we eenmaal op de weg naar beneden zitten komen we klem te zitten tussen een hoge muur en de klifwand. De weg die volgt wordt steeds smaller en smaller en onze auto is voor deze weg verhoudingsgewijs best breed. We moeten beide spiegels inklappen om er doorheen te kunnen manoeuvreren terwijl de weg ook erg steil daalt, maar wonder boven wonder komen we zonder kleerscheuren (krassen) beneden.
De haven is mooi. We parkeren de auto op een uiterst schuine helling en hopen maar dat de handrem het houdt, anders wordt het natte voeten. Voor de zekerheid trek ik hem nog even extra aan.
Het haventje zelf bestaat uit niet vele meer dan een botenhelling en een stuk kust waar de golven door een baai met rotsen gebroken worden.
Langs de klifwand lopen we nog een stukje verder en kijken wat rond.
Uiteraard moesten er ook weer steentjes in zee gegooid worden.
De weg omhoog is wederom erg krap en ergens onderweg lopen we wel een krasje op. Kennelijk was er laag bij de grond een uitsteeksel van de muur (gelukkig deed het verhuurbedrijf er niet moeilijk over).
Op de weg terug naar Mosteiros rijden we in een wegversperring van allemaal boeren met stieren. We denken dat er een soort wie heeft de mooiste stier verkiezing is. Grappig om te zien. Verderop komen we ook nog boeren met stieren onderweg naar deze verzamelplaats tegen.
We rijden terug naar Mosteiros, waar we wat eten, spelen aan het strandje bij het water en genieten van de zonsondergang.
Het strand is ook in het donker indrukwekkend.
John van Berloo
Dit is voor iemand met geologische interesses een heel interessant eiland