Vandaag ontzettend veel gedaan, dus bereid je voor op heel veel foto’s.

’s ochtends begin ik ondanks de weersvoorspelling dat het kan gaan regenen aan de hike. Mucha Bella. 2 uur flink klimmen en ongeveer even lang dalen.

Ik kan de tocht van de camping beginnen (een van de redenen waarom we voor deze camping hebben gekozen), dat is een belangrijke plus.

Na een kleine kilometer lopen begint het eigenlijke pad. Vrijwel direct moet ik over een glad houten loopbruggetje naar beneden en vrijwel direct glij ik zowat uit. Alles is glad van de regen van gisteravond, opletten dus.

De tocht Sucha Bela volgt de loop van de rivier in een kloof. Er is een pad, maar voor een groot deel is het jezelf behelpen over boomstammen en skippend over stenen door een rivierbedding. Daar waar de rivier echt te diep is zijn wel voorzieningen, zoals de vele houten ladders of metalen roosters in de rotsen.

Na een tijdje op deze wijze een weg door de rivier vindend (waarbij het wel lastig is als er mensen voor je lopen op de houten ladders, dan kan je er niet makkelijk langs), kom ik aan bij een hele hoge metalen ladder die denk ik in een paar etappes 50 meter of meer klimt langs een aantal watervallen.

Hier is ook gelijk een file omdat veel mensen dit toch wel eng vinden en dan erg langzaam de ladder op gaan.

Het eerste deel van de ladder is er een metalen ketting in de rots bevestigd voor extra houvast. Dat klimt behoorlijk en je komt dicht bij de watervallen (heb ik mooi filmpje van maar te groot om te uploaden, volgt nog).

Het laatste deel van de ladder is er geen ketting meer, dus moet je met beide handen aan de ladder een weg omhoog vinden. Dat wordt te lastig met de camera, dus die gaat in de zak en dan verder.

Bovenop de ladder stappen we over op metalen platen en zo loopt het pad een tijd lang boven de rivier.

Uiteindelijk krijgen we weer even vaste grond onder de voeten, moeten we met een ladder weer een stuk klimmen en daarna weer over de metalen roosters verder.

Naarmate de tocht vordert wordt de hoeveelheid water minder.

Langzaam gaat het landschap over van een kloof in een bos. De rivier is nu een klein stroompje geworden waar je makkelijk doorheen kan lopen.

Een deel van het stroompje blijkt een bron te zijn waar drinkbaar water uit stroomt (niet geprobeerd).

Het stuk door het bos is betrekkelijk kort en niet lang daarna kruist het pad een ander pad dat het begin is van de weg terug. Bovenaan worden fietsjes aangeboden om de tocht snel naar beneden af te kunnen leggen.

Ik ben evenwel benieuwd naar de weg te voet. Bovendien weet ik niet hoe de weg er uit ziet en is – zeker gelet op mijn rijstijl op de fiets downhill (herinneringen aan Bolivia’s Dead road komen boven) – de kans groter dat ik op de fiets met brokken beneden kom dan lopend.

Het pad naar beneden is steil. Ik had de route terug ingeklopt op maps.me en dat had ik beter niet kunnen doen. Want maps.me had blijkbaar een kortere route gevonden dan gebruikelijk.

Korter, maar wel hetzelfde hoogteverschil overbruggen, terwijl het al zo steil was.

Hangend aan bomen, takken en boomwortels manouvreer ik me een weg naar beneden op dit niet goed onderhouden pad. Op een zeer steil stuk zonder bomen om de helpen zakt de grond onder mijn voet weg en glij ik met de bosgrond een stukje heuvelaf. Ook een manier om af te dalen.

Vanaf hier gaat het pad weer soort van door een rivier. Tenminste, ik verkies de rivier boven het zo drassige pad er naast waar je iedere keer groot risico loopt diep weg te zakken. Het stroompje zelf stelt niet veel voor en de stenen zijn niet glad dus dat gaat prima.

Grappig genoeg kom ik de mensen die vlak bij mij in de buurt liepen toen ik deze afslag nam en zelf de langere route hadden genomen weer tegen als ik uit het struikgewas tevoorschijn kom. Een kortere route, maar niet sneller.

Daarna gaat het pad weer genadeloos steil omlaag.

Even later kom ik weer op de camping aan waar de meiden lekker in de speeltuin aan het spelen zijn.

Mijn terugkomst betekent dat ze moeten stoppen, dus een onthaal met gemengde gevoelens bij de meisjes: blij dat papa terug is, maar jammer dat ze nu moeten stoppen met spelen.

Na een hoognodige douche en schone kleren kunnen we weer verder. We zijn van plan vandaag naar de Hoge Tatra te rijden, maar onderweg willen we nog Spissky Hrad van binnen bekijken. We gokken dat het in de middag op een maandag een stuk rusteriger is dan zondag 11:00 uur.

Ons vermoeden blijkt te kloppen. Er staan maar een paar auto’s langs de kant van de weg en ook de parkeerplaats boven is verre van vol.

In het kasteel is het lekker rustig en we hebben alle tijd om rond te kijken.

Wat is het een enorm complex. We kijken naar de kamers die een beeld geven van hoe de inrichting was, we bekijken de wapenkamer, de kanonnen, de toren, de binnenplaatsen en de enorme ommuurde grasvlakte voor het kasteel. Indrukwekkend en gelet op de ligging op de heuvel, heel strategisch.

De klim naar de toren is nog vermeldenswaardig, want dat moet via een hele smalle trap met hele hoge treden. Hier kom je niet met een harnas aan omhoog. Met een rugzak op gaat het al net.

Madouc vindt het ook spannend, maar het lukt haar wel de voor haar knie hoge treden te nemen.

Eenmaal boven hebben we mooi uitzicht. We kijken wat rond terwijl de meiden een broodje eten.

Daarna weer naar beneden, dat vergt wel wat begeleiding.

We eindigen in de enorme kasteeltuin, waar we nog moeten bedenken waar we precies naar toe willen gaan in de Tatra.

We twijfelen tussen het meer Moskie Oko of de kabelbaan omhoog.

We mikken op een campeerplaats tussenin, op de parkeerplaats bij skiliften, met mooi uitzicht op de Tatra. Klinkt goed.

We rijden zonder problemen Slowakije uit en Polen in en pakken nog een mooie zonsondergang op de koop toe mee.

Als we op de weg zitten naar onze overnachting, dan worden de straatjes ineens wel heel smal en rijden we ons zowat klem. Op een klein grasveldje weten we te keren. Een bewoner komt kijken en geeft aan niets te weten van een skilift of overnachtingsplaats.

De informatie van onze app lijkt niet te kloppen. Jammer. Dan rijden we terug naar een plek waar we eerder een camper hadden zien staan. Deze lijkt evenwel verlaten en de informatie die wij lezen over langs de weg kamperen is tegenstrijdig. Dan toch maar naar Zakopane rijden waar we een half uurtje later, inmiddels is het donker, aankomen, nadat we onderweg nog een enorme hoosbui hebben meegepakt.

Daar worden we begroet door een Poolse man, uiterst behulpzaam, maar ook wel wat dwingend. We weten de camper te plaatsen en zowaar, het snoer staat onder spanning, red ons snoer het net tot het stroompunt. Dat is wel fijn, want na 3-4 dagen zonder stroom zijn de meeste van onze accu’s wel leeg.

We eten nog snel wat en besluiten dat we Moskie Oko maar niet doen, want daarvoor moeten we de volgende dag heel erg vroeg vertrekken om dan in de brandende zon 9 kilometer heen en terug te lopen over een weg die een groot deel uit asfalt bestaat. Het meer mag er geweldig uit zien, maar dat kan ik de meisjes niet aandoen.

We gaan voor de lift omhoog morgen, maar eerst slapen. Wat een dag!