‘s ochtends rustig aan ontbeten en via de wifi de weersverwachting in de gaten gehouden. Het heeft behoorlijk geregend begin van de ochtend, maar volgens de voorspelling is het begin van de middag weer goed weer bij de kust.
Rond het middaguur vertrekken we naar Latrabjarg, de bekende vogelrots in het westen van de westfjorden.
Op weg naar onze bestemming is het uitzicht weer super.
Eenmaal aangekomen is het best druk. Latrabjarg is het walhalla voor vogelliefhebbers en dat zie je ook aan de bezoekers wel af. Bijna iedereen hier heeft wel een telelens of verrekijker.
Hoewel wij niet voor de vogels maar het indrukwekkende landschap komen, vinden wij een papagaaiduiker (puffin) zien natuurlijk ook geen straf.
Het is wel even zoeken op de rotsen voordat je ‘m gevonden hebt, zelf als je door mensen er op gewezen bent dat hij er moet zitten (zie foto hierboven).
Het landschap is mooi. De hoge klifkust is indrukwekkend.
Met de omhoog oplopende randen krijg je het gevoel alsof er een enorme leegte onder je zit en de kust uitsteekt boven een afgrond.
Een maf idee dat versterkt wordt door een lijn die in het begin nog op het gras en de rotsen is gekalkt om aan te geven tot waar je kan lopen en vanaf welk punt het risico op instortingsgevaar bestaat.
Terwijl we over de rand van de klifkust, die overigens gestaag stijgt, verder lopen, gaat het steeds harder waaien.
Gelukkig blaast de wind landinwaarts en lopen we niet het risico van de klif af geblazen te worden.
Anika krijgt het koud in de draag rugzak en wil zelf lopen.
Ze vindt het erg spannend zo bovenop een berg vlak langs een afgrond.
Maar ze luistert goed en houdt braaf de hele tijd het handje van mama of papa vast.
Naarmate we verder komen, neemt de bewolking ook wat toe. Het landschap wordt wat dreigender. Het aarden pad is glibberig geworden van de regen, maar de vele vogelliefhebbers hebben door het hoge gras inmiddels een nieuw pad naast het oude ingesleten. Dat loopt evenwel scheef en dus een stuk minder lekker.
Daarnaast schiet het ook niet echt op met een driejarige die over iedere graspol heen wil springen.
Maar langzaam aan komen we wel. Als het pad flink gaat stijgen en tegelijkertijd een stuk glibberiger wordt, gaan mama, Madouc en Anika vast rustig aan op de weg terug terwijl papa nog ‘even snel’ doorloopt naar t topje.
Dat topje blijkt altijd verder te zijn dan het lijkt, maar uiteindelijk toch bereikt.
Mooi ver uitzicht over de kliffen beneden. Met de zoomlens kan ik in de verte ook goed het roze jasje van Anika zien.
Eenmaal terug beneden rent Anika blij op papa af. Toch wel spannend als papa even weg is.
Als we in de auto stappen vallen de eerste druppels regen alweer. Goede timing.
We gaan door naar de volgende bestemming van de dag: Raudasandur (rood zand). Een strand met een bijzonder rode kleur strand. Daarnaast is het bijzonder dat het zo afgelegen ligt en je het strand dus ongeveer helemaal voor jezelf hebt.
Onderweg komen we nog een typisch kerkje tegen in een miniem dorpje. We vragen ons af hoe ze dat hier regelen, want veel inwoners die naar de kerk kunnen gaan zijn er niet, het gaat om 5 tot 10 huizen. Doen ze om beurten zelf een dienst?
De weg er naar toe is al een klein avontuur. Een ware passentocht over door de regen glibberig geworden gravelweg slingert omhoog en weer steil naar beneden. Aan het einde van de reguliere weg volgen we een nog vagere gravelweg met grote gaten er in tot het einde. De houdt op bij een boerderij en lijkt daarmee de oprijlaan voor deze boerderij. Er van overtuigd dat we een afslag gemist hebben zien we tot onze verbazing een klein parkeerterreintje voor de inrit naar de boerderij zelf en dan blijkt dat we wel goed zitten.
Nu nog lopen naar het strand.
Ook hier blijkt alles verder te zijn dan het lijkt. Na een tocht door eindeloze velden met een geweldig uitzicht op een bergkam komen we eindelijk bij het begin van het brede strand aan.
Daar moeten we eerst nog om een nog onder water staand stukje strand heen lopen om de zandbank op klimmen waar we dan eindelijk het rode zand kunnen bewonderen.
Eenmaal aangekomen bij het strand is het zicht super. We zijn er helemaal alleen. Als ik voorstel om het spelletje wegrennen voor de golven te spelen wordt ik al tijdens mijn uitleg gestraft door een wat grotere golf die beduidend verder dan de rest het zand op spoot, over mijn schoenen en broekspijpen heen, zo mijn schoenen in.
Met dat spelletje dus snel klaar.
Op de weg terug naar de auto hebben we nog een close encounter met een ram met twee schapen. Alleen sta je daar niet zo snel bij stil, maar als je een 3-jarige naast je hebt lopen en zo’n ram loopt argwanend om zich heen te kijken om zijn terrotorium te verdedigen, dan komt dat toch een stuk dreigender over.
Met respect voor elkaars territorium (de ram ging van het pad af en wij netjes aan de andere kant van het pad gebleven) konden we passeren en de auto in.
Daar bellen we met het huisje dat we wat later zijn voor het eten. Gelukkig is dat geen probleem.
Het eten is heerlijk en met een glas wijn erbij sluiten we een mooie dag af.