6:30 de wekker en 6:45 in de taxi naar Café del Mundo, de verzamelplaats waar ik ook een ontbijtje eet terwijl de meiden nog lekker even kunnen slapen in het appartement.
Met de bus een uurtje rijden naar het beginpunt. Daar krijgen we uitleg over de speciale fietsen met grote schokdempers en extreem agressieve remmen voor we kunnen beginnen aan een fietstocht die over ongeveer 60 kilometer meer dan 3 kilometer dalen is.
We beginnen op 4700 meter hoogte over asfalt. Dat gaar supersnel en zeker in de bochten is dat wel even wennen. (de 360 graden filmpjes hierna zijn in lage resolutie, want anders te groot om te uploaden. Pas ik in NL nog wel aan. Je kan dus zelf camera draaien en ook opzij en achter kijken etc.)
Al vrij snel merk ik dat de groep zelf allemaal uit redelijk onervaren mountainbikers bestaat. Na de eerste twee stukjes rijden waar ze netjes uitleg geven over de weg die komt rij ik achter de voorste (snelste) gids en blijf dat het grootste deel van de rest van de trip doen.
Het eerste stuk is best bewolkt en als we wat dalen rijden we door de wolken heen en worden we behoorlijk nat.
De zonnebril gaat af want door al het water kan in de bochten niet meer goed zien (best belangrijk).
Bij een tunnel moeten we eromheen fietsen over slecht gravel van grote losse stenen, een uitdaging, zeker omdat her pad niet erg breed is en we dus dicht bij de afgrond zijn, die we vanwege de bewolking overigens niet kunnen zien.
Na een flink stuk downhill kunnen we kiezen voor 10 kilometer uphill door de regen of dat stuk met de bus doen. De meerderheid is voor de bus dus dat doen we.
De bus rijdt tot het begin van de echte death road. Daar zijn de verkeersregels anders. Al het downhill verkeer moet links rijden, langs de afgrond dus. Dat geldt ook voor ons. Interessant. Gelukkig zijn we nu laag genoeg dat het niet meer regent.
Vanaf dit punt begint het echte rijden pas. In etappes slingeren we de nauwe weggaf met geweldig uitzicht onderweg. Het kost moeite om op de weg te blijven letten en niet om je heen te kijken.
Deze weg heeft evenwel veel aandacht nodig en met een flinke gang zoeven we over het gravel naar beneden.
Onderweg maken we stops bij bekende punten om weer te hergroeperen en hoofden te tellen.
We rijden langs en door watervallen, stroompjes, door kuilen met water, etc. Het is een uitdagende weg, maar goed te doen en erg leuk.
We hebben gelukkig maar weinig tegemoetkomend verkeer, dat is op deze smalle wegen erg gevaarlijk. Wel halen we op de fiets wat busjes van andere operators in. Ook zoeven we de nodige andere fietsers voorbij.
Naarmate we verder dalen gaan er steeds meer laagjes uit, tot ik onderin met alleen nog een t-shirtje fiets.
Eenmaal aangekomen bij het eindpunt, een Animal Sanctuary die dieren zoals aapjes en beren die (anders)op de zwarte markt verhandeld (zouden) worden.
We eten daar een pasta lunch en kunnen ook douchen, wat erg lekker is na zo’n rit.
Ik ga nog mee op een tripje om de enige beren van zuid Amerika te zien (die ik in Amboro dus wel vlakbij gehoord heb, maar uiteindelijk niet gezien).
Op zich werkt de sanctuary met een leuk systeem waar de meeste kooien over de mensen gaan zitten en de meeste dieren vrij kunnen roamen.
Daarna de lange rit net de bus teug waar we alle horror verhalen horen. Kennelijk gaat er iedere week wel iemand over de rand, maar vaak loopt dat relatief goed af (gebroken bottten e.d.)
Hahaha wat een stoere tocht ik vond vooral de foto van jou (veilig) bij het bord heel mooi, sta je super handsome op bro!
Xx van je zus